Je kan ons 24 uur per dag bellen op 06 518 226 34

Voor algemene vragen bel je maandag t/m vrijdag tussen 08.30 uur en 12.30 uur naar 0246 414 709

Kinderwens

Jij of jullie hebben een kinderwens! Misschien loop je er al een tijdje mee rond, of zijn je eierstokken juist plotseling aan het ‘rammelen’ gegaan. Een spannende periode ga je tegemoet. Wellicht komen er vragen in je op als: wanneer is precies mijn eisprong? Op welk moment kunnen we het beste vrijen? Hoe leef ik het meest gezond? Hoe zat het ook alweer met foliumzuur? Onderstaand verhaal geeft jou of jullie een steuntje in de rug. Heb je vragen of wil je graag een gesprek voordat je zwanger wordt, bijvoorbeeld omdat je medicatie gebruikt, of gezondheidsproblemen heb, dan kun je bij ons Verloskundigen in Wijchen terecht op het kinderwensspreekuur!

Menstruatie cyclus

Mogelijk ben je al bezig met het bijhouden van je ‘cyclus’ of heb je er geen idee van. De menstruatiecyclus omvat de hele fase van menstruatie (ongesteldheid), eicelrijping en ovulatie (eisprong) tot aan de volgende menstruatie. Bij de meeste vrouwen is deze cyclus regelmatig en ongeveer 28 dagen. Een regelmatige cyclus duurt in principe niet korter dan 21 dagen en niet langer dan 42 dagen. Als je een regelmatige cyclus hebt, vindt er meestal wel een eisprong plaats, vooral als de cyclusduur tussen de 26 en 36 dagen ligt. Bij een onregelmatige of uitblijvende cyclus, kan het door het ontbreken van een eisprong moeilijker zijn om zwanger te worden.

Ovulatie

De eisprong vindt plaats 14 dagen voor je menstruatie. Je merkt vaak dat je in de dagen voor de eisprong meer vaginale afscheiding hebt, die dikker en slijmeriger is dan normaal. Dit slijm helpt de zaadcellen makkelijker bij de eicellen te komen. Je temperatuur stijgt net na de ovulatie 0,2 tot 0,5 graden. Je hebt vaak meer zin om te vrijen (je libido stijgt). Sommige vrouwen voelen de eisprong onderin hun buik, net boven de linker of rechter lies.
Het kan zijn dat je geen ovulatie hebt of minder vaak dan de gemiddelde vrouw. Dit kan het geval zijn bij stress, een te laag of een te hoog lichaamsgewicht, grote gewichtsveranderingen, overmatig sporten, zware lichamelijke activiteit of als je in de overgang (menopauze) bent. Ook als je het PCO-syndroom, een schildklierafwijking of een hoog prolactinegehalte hebt, kan je cyclus verstoord zijn.

Ovulatie voorspellen

Als je een paar maanden bijhoudt wanneer je menstruatie begint, hoe je temperatuur verandert, hoe je vaginale slijm eruit ziet en verandert, krijg je veel inzicht in je eigen menstruatiecyclus. Je kunt je ovulatie ook berekenen met een ovulatiecalculator of je kunt ovulatietesten doen om de LH-piek in je urine te meten. Het LH-hormoon is 24 tot 36 uur voor je eisprong verhoogd.

Vrijen

Bijna alle spontane zwangerschappen ontstaan door te vrijen op dag 8 tot 14 van de normale 28-daagse cyclus. Dit is vanaf 6 dagen voorafgaand aan de eisprong. 2 tot 3 keer per week vrijen in deze periode is voldoende voor een goede zwangerschapskans. De zaadcellen blijven immers een paar dagen leven in de baarmoeder.

Leefstijl

Gelukkig kun je zelf ook dingen doen om je kans op zwangerschap en een gezond kindje te vergroten. Je kunt hier het beste mee beginnen op het moment dat je een kinderwens hebt. Je weet immers nooit precies wanneer je zwanger wordt en al vanaf de bevruchting begint de ontwikkeling van je kindje.

Foliumzuur

Foliumzuur (vitamine B11) speelt een belangrijke rol bij de vroege ontwikkeling van je kindje. Het draagt bij aan de vorming van het zenuwstelsel en verkleint daarmee de kans op een open ruggetje, hazenlip en open gehemelte bij je kindje. Foliumzuur zit in voeding, maar als zwangere krijg je met gezond en gevarieerd eten toch te weinig binnen om de extra hoeveelheid die nodig is aan te vullen. Het advies is om dagelijks 400 microgram foliumzuur te slikken of multivitaminen met extra foliumzuur speciaal voor zwangere vrouwen.

zwangerschap geboorte vpwijchen verloskunde

Gebruik foliumzuur vanaf je kinderwens tot en met 13 weken zwangerschap. Langer mag ook omdat het goed is voor je eigen bloed- en celdeling.

Gewicht

Heb je een gezond gewicht dan heb je de meeste kans op een zwangerschap en minder kans op complicaties tijdens de zwangerschap en bevalling. Een gezond gewicht betekent een BMI tussen de 18 en 25. Probeer met gezonde voeding en sporten dit BMI te bereiken. Lukt dit niet, of wil je hulp, consulteer dan een diëtist.

Wil je een gezond gewicht bereiken, maar lukt dit je niet zelf, vraag ons of een diëtist om hulp.

Roken

Rook je? Stop dan direct op het moment dat je een kinderwens hebt. Roken vermindert de vruchtbaarheid, zowel bij vrouwen als mannen. Het vergroot de kans op een miskraam, het overlijden van je kindje, op vroeggeboorte en een te laag geboortegewicht. Roken én meeroken tijdens de zwangerschap en in de kraamperiode verhoogt de kans op wiegendood. Rook daarom niet als je zwanger wil worden of zwanger bent. Ook minderen helpt onvoldoende!

Stress van het stoppen met roken is niet zo nadelig als het blijven roken zelf! Heb je hulp nodig bij het stoppen met roken, vraag ons of je huisarts om hulp.

Alcohol

Het drinken van alcohol vermindert de vruchtbaarheid, zowel bij mannen als vrouwen. Ook heeft het een negatief effect op de ontwikkeling van je kindje. Het vergroot de kans op een miskraam, het overlijden van je kindje, op vroeggeboorte en een te laag geboortegewicht. Ook heeft je kindje meer kans op het ernstige Foetaal Alcohol Syndroom (FAS). Drink ook geen alcohol als je borstvoeding geeft!

Drink geen alcohol als je zwanger wil worden of bent. Ook 1 glaasje is teveel!
Heb je hulp nodig bij het stoppen met alcoholgebruik, vraag ons of je huisarts om hulp.

Drugs

Het gebruiken van drugs vermindert de vruchtbaarheid, zowel bij mannen als vrouwen. Het kan leiden tot het ontstaan van aangeboren afwijkingen bij je kindje. Gebruikt je drugs in de zwangerschap, dan kan je kindje daar afhankelijk van raken en (ernstige) afkickverschijnselen van krijgen na de bevalling.

Gebruik geen drugs als je zwanger wil worden of bent. Je kindje raakt dan ook afhankelijk en kan afkickverschijnselen krijgen.
Heb je hulp nodig bij het stoppen met drugs, vraag ons of je huisarts om hulp.

Medicatie

Heb je een kinderwens en gebruik je medicatie of heb je medicatie nodig, overleg dan met je (huis)arts of je deze kan gebruiken in de zwangerschap. Dit geldt ook voor je partner. Soms adviseert je (huis)arts om al vóór de zwangerschap te stoppen met medicatie, te wisselen naar een ander medicijn of de dosering van je medicatie aan te passen.

Gebruiken jij of je partner medicijnen, raadpleeg ons of je (huis)arts of je deze kunt gebruiken bij kinderwens, zwangerschap en borstvoeding.

Werk

Zowel bij mannen als vrouwen kunnen bepaalde werksituaties een negatieve invloed hebben op de vruchtbaarheid of op de ontwikkeling van je kindje. Denk hierbij aan risico’s als: contact met gevaarlijke stoffen zoals oplosmiddelen of bestrijdingsmiddelen, onregelmatige werktijden (zoals ploegendienst en nachtdienst), lichamelijk belastend werk, stress of hoge werkdruk, omgeving met lawaai, overdruk, lichaamstrillingen, extreme hitte of kou en contact met straling, zoals röntgenstraling. Bespreek op het moment van je kinderwens met je werkgever of Arbo arts of er risico’s zijn en of aanpassing van je werkzaamheden en/of werktijden nodig is. Werk je met kleine kinderen, laat je dan voor de zwangerschap al via bloedonderzoek controleren op 5e ziekte en op waterpokken. Heb je de waterpokken ooit doorgemaakt, dan ben je beschermd. Zo niet, dan kun je overwegen om je hiervoor in te laten enten. In het geval van de 5e ziekte kan dat niet, bespreek dan met je werkgever of je andere werkzaamheden kunt doen in de eerste 20 weken van de zwangerschap als de 5e ziekte heerst.

Kinderwensspreekuur

Als je een kinderwens hebt, maar het zwanger worden niet lukt, je een chronische ziekte hebt, medicatie gebruikt of er erfelijke ziektes in je familie voorkomen, kun je ons om een persoonlijk advies vragen. We houden dit preconceptioneel consult bij ons op de praktijk of bij jou thuis. We vragen je vooraf om de ZwangerWijzer in te vullen, een vragenlijst die jouw risico’s, aandachts- en verbeterpunten inventariseert. Met jouw antwoorden bereiden we ons voor en maken we samen met jou een risicoprofiel. Ook ontvang je van ons adviezen over leef-, eet- en werkgewoontes.

In de volgende gevallen adviseren wij je om contact met ons op je (huis) arts op te nemen:

  • Als vrijen niet goed lukt. Probeer hier ook met je partner over te praten.
  • Als je een chronische ziekte hebt zoals diabetes (suikerziekte), hoge
  • bloeddruk, schildklierproblematiek, epilepsie, trombose, astma, depressie en angststoornissen.
  • Als je alcohol of drugs gebruikt, of je rookt en je hier niet zonder hulp mee kunt stoppen.
  • Als er in jouw familie of die van je partner een erfelijke ziekte voorkomt, zoals taaislijmziekte, spierziektes, zenuwziektes, bloedziektes, stofwisselingsziektes of een chromosomale afwijking zoals het Downsyndroom.
  • Als er in jouw familie of die van je partner kinderen of volwassenen zijn met aangeboren lichamelijke afwijkingen, zoals hartafwijkingen, open ruggetjes en een klompvoetje.
  • Wanneer je familie bent van je partner (consanguïniteit). De kans op een erfelijke aandoening of lichamelijke afwijking bij jullie kindje is dan groter.
  • Als het onduidelijk is of er een eisprong is, bijvoorbeeld als je een onregelmatige of lange cyclus hebt.
  • Als je al een jaar hebt geprobeerd om zwanger te worden.